zonder zwaar gedonder
ratelen rusteloze rolluiken
telkens wat naar onder
het zonlicht botst er tegenaan
sneeuw, regen en dichte mist
laten ze niet naar binnen gaan
vanbinnen dooft alles uit
– het vuur en de muziek –
stilte zonder geluid
toch blijft de tijd tikken
in de richting van de nacht
en dat doet hem schrikken